Dag 1, 25 juli 2022: Aankomst in Warns, Sint Jacobsdag

Het is 25 juli. De dag van Sint Jacobus, je weet wel, de heilige naar wiens graf de Camino ‘toe loopt’.
Een mooie datum om te starten met een pelgrimsreis.
Vanuit onder meer Oud Beijerland, Noorbeek, Breda, Maarn, Soest en Hoorn zijn de deelnemers vandaag naar Warns gekomen.
Het warme welkom: koffie met oranjekoek, valt na zo’n best lange reis extra in de smaak.
Morgen starten we met de 1e wandeling.
Vandaag begeleidt Ellen Omvlee ons in het persoonlijk maken van ‘anti-dikke handen-stokjes’ (hoe heet dat eigenlijk?).

Tijdens het schuren, vlechten, branden en kiezen (en delen) van persoonlijke teksten en symbolen, maken we op een ontspannen manier kennis met elkaar en met de plek waar we de komende dagen ons kamp hebben opgeslagen.

Ellen vertelt ons over een gedicht waardoor zij wordt geinspireerd. Ithaka, over de weg als doel.

‘Ithaka geeft je de mooie reis.
Was het er niet, dan was je nooit vertrokken’.

We hebben mooie gesprekken, er ontstaan als vanzelf samenwerkingen, de sfeer is vrolijk en gemoedelijk. In de wind en de zon word er aandachtig en hard gewerkt.

Op de achtergrond ruiken wij de geur van het eten dat door Kim bereidt wordt. Zij heeft voor ons de foodtruck meegenonen. Wij voelen ons in de watten gelegd.

Aan het eind van de middag leggen wij onze stokjes bij elkaar. Een diversiteit aan mensen, het toont zich in de foto. 

Onze reis is begonnen. Met dank aan Ellen die later over deze middag schrijft:

Nog geniet ik na van de heerlijke workshop die ik gisteren mocht geven op uitnodiging van Irene Kapinga van OpStap met Irene. Een groep zeer diverse, lieve vrouwen uit alle uithoeken van Nederland gingen in Warns aan de slag met de mini wandelstokken die ik had meegebracht.Zoals Irene mooi op een van haar stokjes brandde is het ook voor mij met het werken met hout: “Wandelen is zoveel meer dan stappen zetten.”

Het is net donker als in de avond de één na de ander het eigen tentje opzoekt. Tijd voor een welverdiende rustige nacht. Eén voor één gaan de lampen uit. Onze reis is begonnen.

Dag 2, 26 juli 2022, Refugium (Balk – Ruigahuizen – Oudemirdum, ong. 18 km)

Dit traject van de Camino Sint Odulphus heeft als titel Refugium, wat zoveel betekent als schuilplaats of veilige en vrije plek. De naam verwijst naar de gast-vrijheid van dit gebied.

Gaasterland heeft een bijzondere verdienste in de opvang van vluchtelingen. In het verleden vonden reeds de Hugenoten een veilig onderdak in Gaasterland. In de eerste Wereldoorlog vonden ook onze zuiderburen, de Belgen, hier een veilige opvang in het neutrale Nederland. Na de tweede wereldoorlog vonden na de z.g. politionele acties in de Wyldemerk Molukkers vanwege hun loyaliteit aan Nederland opgevangen. Recent werden in Balk nog Syrische vluchtelingen opgevangen.
Gaasterland heeft een bijzondere verdienste in de opvang van vluchtelingen. In het verleden vonden reeds de Hugenoten een veilig onderdak in Gaasterland. In de eerste Wereldoorlog vonden ook onze zuiderburen, de Belgen, hier een veilige opvang in het neutrale Nederland. Na de tweede wereldoorlog vonden na de z.g. politionele acties in de Wyldemerk Molukkers vanwege hun loyaliteit aan Nederland een opvang ‘If then is now’: recent werden in Balk nog Syrische vluchtelingen opgevangen.

Refugium is daarmee het thema voor dit traject dat langs een paar opvangplekken in Gaasterland gaat.

In Balk begint de etappe. Wij zijn er klaar voor en hebben er zin in.

Onder het toeziend oog van een prachtg paard lopen wij het 11-stedenstadje uit.

We volgen onderweg de bij de route horende knooppunten. Her en der zien wij ook de plaatjes van het Odulphuspad. Het bevestigd dat wij op de goede weg zitten.

Kenmerkend voor dit gebied zijn de vrijstaande klokkenstoelen. Vrijstaande klokkenstoelen werden vaak gebouwd omdat armere dorpen zich niet altijd een eenvoudig kerkgebouw of toren waarin de luidklok zou moeten hangen konder veroorloven. Bovendien was de ondergrond zacht en veenachtig, waardoor er met verzakking rekening gehouden moest worden.

Horeca is er onderweg niet. Maar wel een rustpunt, wij zijn er ‘Wolkom’.

De lunch wordt in de vrije natuur genoten. Een dikke boom geeft schaduw en steun. En tegelijkertijd is het een fijne plek om heel even je ogen dicht te kunnen doen…

Paddenstoelen staan in de berm. Ze wijzen naar de wildernius. Wij lopen naar Oudemirdum.

Het lopen gaat goed, de paden zijn afwisselend en rustig. Bruggen brengen ons naar de overkant, deze werd vroeger ook gebruikt door de scharenslijper.

Langzaam maar zeker naderen wij het eindpunt Oudemirdum. Dit dorp heeft een Brink als centrum, meerdere terrasjes een klein museum en een fietsenverhuurder maken het hier gezellig. Een mooie plek om in de schaduw aan te komen. 

Bij het bezoekerscentrum ‘Mar en Klif’ wacht ons een gastvrije ontvangst. We worden met open armen ontvangen, de stempel behorend bij deze etappe wordt met aandacht voor elk van ons gezet. 

Dag 3: 27 juli 2022: Tumulus (Oudemirdum -Rijs – Hemelum – Koudum, ong. 20 km)

De geuren van de door Kim vers gebakken pancakes maken mij wakker. De zon schijnt, de koffie is vers gezet, Hoogste tijd om mijn tent na een koude nacht open te ritsen. Een voor een hoor ik ook de anderen ontwaken. Rond 8 uur zit iedereen aan de goed gevulde ontbijttafel.

Met een teil met daarin de afwas lopen wij naar het camping-sanitair. Samen afwassen brengt verbinding en het is een mooie opwarmer voor de dag.

Met de ons inmiddels bekende vriendelijke en stipte taxichauffeurs laten wij ons naar Oudemirdum rijden. De weersvoorspellingen zijn goed, het door Kim verzorgde lunchpakket zit weer in onze rugzak. Maat ook anti-muggen crème worden meegenomen.  Voor ons ligt een nieuwe etappe. We hebben zin om het pad te vervolgen.

We lopen vandaag van Oudemirdum via het Rijsterbos en het dorpje met de mooie naam Hemelum naar Koudum. Dit keer lopen wij de etappe met de naam ‘Tumulus’.

In Zuidwest-Friesland zijn de zandgronden van Gaasterland het oudst. Zij zijn ontstaan tijdens de twee laatste ijstijden, Tijdens het Saalien (die tot plm 130.000 jaar geleden duurde) breidden ijskappen vanuit Scandinavie zich uit over een groot deel van Nederland. Gletsjers schuurden als bulldozers brede, diepe dalen uit, zoals het gebied waar nu de meren Heegermeer, Fluessen en Morra liggen. Bij Gaasterland stuwde de ijskap zand, leem en keien op tot hoge bulten van keileem. Deze heuvels gaven de naam aan dit traject: Tumulus!

Bij Tumulus
De waarde van ons leven wordt niet bepaald
door de hoogte tot waar het opklimt,
maar door de diepte tot waar het doordringt.

(Paul van den Bergh ‘uit: Stil zijn is ontmoeten’)

Iets minder soepel dan de eerste dag, de gelopen dagen zijn voelbaar in de benen, wordt er wederom heel ontspannen gelopen.

Mooi om te merken dat ‘aangekondigde’ beren op de weg er niet blijken te zijn. Geen muggen, geen teken en geen processierupsen. Maar wel een automatische robot-grasmaaier die ons bijna over de voeten maakt. En wel een groep fietsers op Duitsland die nog niet heel goed weten te sturen. En wel een bordje dat ons waarschuwt voor (een aantal van) ons?

Het brengt een lach op de gezichten.

En wat is het hier mooi. Het Rijsterbos met haar slingerpaden. Het prachtige Friese meer met de naam Fluessen. We lopen op de rand van water en land. 

Het boerenland is terug gegeven aan de natuur. 

Bloemen groeien hier tot in de hemel. 

Zeilboten kleuren de horizon.

Even ben ik teleurgesteld dat het mij bekende terras bij Galamadammen gesloten blijkt. De nieuwe bestemming past bij de gastvrijheid van de omgeving. Mijn teleurstelling is daarmee direct weg.

Koudum lopen wij via een park in. We zitten nog steeds op de goede weg.

Eindpunt van de etappe is de kerk van Koudum. Hij ligt er stralend (en gesloten) bij.

Maar dat de kerk gesloten is, vinden wij niet heel erg. Blij zijn we met het feit dat het café open is. In de schaduw van ‘Spoorzicht’ drinken wij ons etappedrankje. Dit keer met feestelijke keuzes, alhoewel de naam van het Belgische biertje ons niet veel goeds beloofd. Vlaamse humor, het smaakt goed.

De stempel van de route van vandaag, etappe 8 van het Odulphuspad, aanvaarden wij met dank. Onze stempelkaart is weer een stukje mooier.

Dag 4: 28 juli 2021:  Innundatis (Koudum – It Heidenskip – Gaastmeer, ong. 16 km)

Dat het dorpje It Heidenskip de fierljep-hoofdstad van ons land is, wist ik niet. Ook wist ik niet hoe vredig en rustig het daar is. Ik ervaar het als een paradijsje met een hoog Anton Pieck-gehalte.
Na een koude nacht, in een tent kun je dat intens ervaren, lopen wij ons al snel weer warm. De temperatuur is ook vandaag weer geweldig, graadje of 18-22, deels zon, zacht windje, wat wil een wandelaar nog meer.

Op 3 en 5 februari 1825 troffen ernstige dijkdoorbraken en overstromingen Friesland en met name het Heidenskip. De ‘wetterfloed’ (watersnoodramp) had een verwoestend effect op de polders rondom het Friese stadje Workum. Het was een ramp van ongekende omvang. Boeren probeerden hun koeien vanuit de polders in veiligheid te brengen. Dit was lastig want de landerijen stonden al voor zestig centimeter onder water. Terwijl men bezig was brak bij de vuurtoren van Workum, het ‘Toarntsje’, de zeedijk door. Spoedig brak ook de Aldedyk ten zuiden van Workum door waardoor het gebied 2.5 meter onder water kwam te staan. Het leed was niet meer te overzien. Er was een ramp van ongekende omvang ontstaan.

Het St.Odulphuspad voert ons vandaag door dit gebied en dit traject heeft daarom de naam ‘Inundatus’ gekregen. Dit betekent: ‘ondergelopen land’.

Een kleine bibiotheek in de berm van de weg nodigt uit om even plaats te nemen.

Het uizicht is prachtig, we lopen op de grens van water en land. Her lopen wij onze zelf gevonden route, misschien nog wel mooier dan het gebaande pad.

De afgelopen twee wandeldagen heeft Jan de wandelingen mede-begeleidt. Fijn om vandaag zelf weer de hele dag met de groep mee te kunnen lopen. Het samen lopen doet ook mij veel goed.

De groep is op deze vierde dag helemaal in balans. Ieder loopt haar eigen tempo, ook de stiltes zijn zeer ontspannen.

De route is mooi en zit vol verrassingen.

Bij het bruggetje van het genoemde idyllische gehucht eten wij de door Kim verzorgde lunch. Een mooi moment om het aan het water gelegen dorp It Heidenskip iets beter te verkennen.

De bermbloemen zijn ons publiek, ze juichen ons steeds verder en verder.

En onverwacht staat midden in een weiland de koffie voor ons klaar.

Door een schipper worden we met het voetveer met de zeer passende naam ‘lt oerset’ naar de overzijde van het water gebracht.

Het heen en weer
Nooit
krijgt zij
het heen en weer
de baas van ‘t veer

Zij kent
haar pont, haar schip
kortste route van
zijn vaart:

Van wal naar oever
van oever
naar wal, de oversteek
telkenmale weer

Zij kent
de mensen
onderweg
naar werk, huis

de ruis
van het water
van boeg
van ‘t schuimspoor

Zij gaat door
-het varen nimmer moe-
krijgt blijkbaar nooit
het heen en weer.
(Harry C.A. Daudt)

Nog 1700 meter lopen  naar het café. Ongemerkt gaat het tempo van de groep omhoog…

En dan zijn we er ‘opeens’. In de volle zon bereiken wij het eindpunt van deze wandelreis. Aan het vaarwater van Gaastmeer staat op het overvolle terras van ‘D’alde Herberch’ onze tafel voor ons klaar. 

We proosten op het mooie Friesland en op elkaar. En tot mijn ontroering hoor ik hele mooie en persoonlijke reacties op deze reis en op mijn rol daarin.

Jan en Kim dank jullie wel voor de goede en aandachtige verzorging, voor de gezelligheid en voor de ondersteuning.
Ellen dank je wel voor de mooie workshop die voor en met ons hebt verzorgd.
Maar vooral veel dank aan Berreke, Ria, Ria, Mieke, Yvonne, Monique, Jolanda, Els, Trudy en Gerrie! Dank jullie wel voor de mooie dagen, voor de humor, voor de prachtige en inspirerende gesprekken en voor je eigenheid.
Neem het mee en hou het vast….
Moe en zeer tevreden poseren wij nog 1 keer voor de foto. Hier nemen nemen wij afscheid van elkaar. Elk weer op weg naar huis, in mijn hoofd resoneert dit gedicht:
‘Vanaf hier
zal ik terugkeren
naar het gewone leven
van alle dag,
Niet gewoon meer
na al wat ik ervaren heb
en als rijkdom
opgeslagen in de weg
die ik zelf ben’
(Ricky Pieter)

Om een pelgrimsroute te lopen hoef je niet ver van huis te gaan. Je kunt in Nederland steeds meer Pelgrimspaden lopen. Het St. Odulphuspad is daar een voorbeeld van. Deze route start je als Novice (nieuweling) bij de Martinikerk in het Friese Bolsward. De laatste etappe, deze heeft de naam Presbyter (ouderling of priester), brengt je terug bij je beginpunt, de Martinikerk van Bolsward.

Het St. Odulphuspad is een hedendaagse pelgrimstocht van ruim 260 kilometer. Deze route biedt je een pad om ‘op weg’ te zijn en een kans om stil te staan bij wat echt belangrijk is in je leven. En dat is wat wij ook deze keer hebben ervaren.

Ultreia en oant sjen. 

Zin om ook een keer mee te lopen? Meerdaagse mogelijkheden vind je hier.

Meer lezen over het Odulhuspad? Klik dan op deze link.

Pin It on Pinterest

Share This