Fisterre, 16 september 2016
Vandaag ga ik het einde van de wereld bereiken. Opgewekt en verstild loop ik Cee uit en loop ik over veelal onverharde paden steeds verder naar de kust. Voor het eerst tijdens deze tocht is het zonnig en is de temperatuur aangenaam. Haast zingend loop ik kilometer na kilometer in een heel rustig tempo richting mijn bestemming.
Mijn favoriete nummers tijdens deze camino zijn ‘Viva la vida'(Coldplay), ‘it’s the end of the world’ (REM), ‘Come as you are’ (Nirvana) en ‘It’s my life’ (Bon Jovi).
Wat ben ik trots en dankbaar voor de stap die ik heb genomen en de stappen die ik aan het zetten ben.
De laatste kilometers naar de kaap zijn saai en stijgend. Ik ervaar dubbele gevoelens, bijna gehaald, maar ik ben er nog lang niet.
Gevoelig vereeuwigd
Als het 0.0 km-paaltje in zicht komt, stromen de tranen langs de glazen van mijn zonnebril over mijn wangen. Snikkend poseer ik bij het paaltje.
Een Duitser legt mijn aankomst op mijn eigen camera vast. Tegelijkertijd word ik door vele toeristen, die net uit hun bussen gestapt zijn, vastgelegd. Vereeuwigd op de gevoelige plaat.
Op de rotsen, het echte einde van de werled, ga ik zitten. Ik kijk uit over de oceaan. Op de rotsen liggen herinneringen van pelgrims die hier eerder zijn aangekomen. Slotjes, briefjes, schoenen, stenen, veters, enz. Hier en daar is een plaats te zien waar nog een poging gedaan is om de herinneringen in vuur op te laten gaan. De bewapende Guardia Civil houdt nu een oogje in het zeil, van vuur is men hier niet meer gediend.
Ik zit urenlang op ‘mijn’ rots. Mijn gedachten en mijn gevoelens hebben hier de vrije ruimte. De zon en wind en de golven van de oceaan, helpen me om te voelen, om te zijn en om los te laten. Pijn en angst laat ik achter, durf en vertrouwen neem ik mee. REM klink in mijn oren: It’s the end of the world as you know it, and I feel fine’.
Afscheid en weer onderweg
Moeizaam neem ik afscheid van dit tijdelijke einde van de wereld. Langzaam daal ik af naar het dorp waar het normale leven mij weer zal ontvangen. Tijdens de afdaling neem ik afscheid van Ben en Paul, hun weg is gelopen, zij vertrekken vanmiddag met de bus naar Santiago. In het dorpje bel ik het thuisfront, ik ben onderweg.. naar huis.